Resolutie Gouverneur Generaal en Raden, 2 december 1667. Jan [lees: Hendrick] Hamel adsistent met noch 7 persoonen te samen geweest sijnde op 't jacht de Sperwer ao 1653 aen een der Corese eijlanden verongeluckt en sedert aldaer gevangen gehouden tot verleden jaer dat se met een cleijn vaertuijg ontcomen en tot Nangasacki bij de onse aengelandt sijn, In Rade versocht hebbende om licentie om met de gereede schepen na 't vaderlandt te vertrecken ende dat hare gagie van de tijt harer detentie haer mede mochte goet gedaen worden, Soo is nae deliberatie goet gevonden haer het eerste toe te staen, maer het tweede als strijdig metten generalen articulbrief af te slaen, maer dat haer reeckening weder aenvang sal hebben genomen van de tijt dat weder tot Nangasacki sijn in de logie gecomen, sijnde geweest den 14en September verleden jaers, doch aengesien eenige niet meer dan jongens gagie sijn winnende, is verstaen desulcke voor de 't huijsreijze op 9 gl. ter maent te stellen.
Resolution Governor General and Counsels, December 2, 1667. Jan [read: Hendrick] Hamel, assistant with another 7 persons, together being on the jaght the Sperwer, shipwrecked ao 1653 at one of the Corese Islands and since then kept prison till last year, that they have escaped with a small vessel and arrived at Nangasacki with those of us, In Counsel having requested to receive permission to leave to the motherland with the ships which are ready, and that their salary since the time of their detention them also may have been paid, thus is after deliberation them the first granted, but to deny the second, conflicting with the general section letter, but that their account will have started again off the time that they arrived on the lodge of Nangasacki, being September 14, last year, yet some not receiving more than a cabin boys salary, is decided to establish such at 9 guilders per month.
|